Eén hooggespecialiseerd team voor hoogwaardige kinderchirurgie


Kinderchirurg Prof. Dr. Wim van Gemert is al jaren voorvechter van een euregionaal kinderchirurgiecentrum. En met succes. “De kinderchirurgen van het Maastricht UMC+, Uniklinik RWTH Aachen, Centre Hospitalier Chrétien in Luik en Centre Hospitalier Régional de la Citadelle in Luik werken al enkele jaren samen als één hooggespecialiseerd kinderchirurgisch team met verschillende specialisaties. Volgende stap is te komen tot één instituut.”

Directe aanleiding voor het euregionale kinderchirurgiecentrum is de steeds verdergaande centralisatie van de zorg in Nederland. “Kinderchirurgie is een hooggespecialiseerde discipline en als gevolg van de grensligging is het aanbod van patiënten bij het MUMC+ eenvoudigweg klein. Als we niet het gewenste volume behalen, brengt dat de specialisatie kinderchirurgie in de regio in gevaar. De ziekenhuizen in Luik en Aken kampen met vergelijkbare problemen. Een aantal jaren geleden hebben we de stoute schoenen aangetrokken en zijn gewoon eens gaan praten. Bij de medisch specialisten aan de andere kant van de grens was direct enthousiasme. Zo zijn we begonnen.”

De chirurg komt naar het kind

Goed nieuws voor de zieke kinderen en hun ouders die zo dicht bij huis terecht kunnen voor hoogwaardige kinderchirurgische zorg, waarbij de focus ligt op zeldzame aandoeningen. “De insteek is dat we de kinderen behandelen in het eigen ziekenhuis én in hun eigen taal. Het chirurgisch team dat gespecialiseerd is in de specifieke aandoening komt naar het kind toe voor de operatie en de poliklinische afspraken. In uitzonderlijke gevallen is een operatie in één van de andere ziekenhuizen noodzakelijk. Denk bijvoorbeeld aan galwegchirurgie waarin Aken super gespecialiseerd is. In zo’n geval gaat de patiënt voor opname en operatie naar Aken en zo snel mogelijk daarna weer terug naar het ziekenhuis in eigen land. Hier vinden ook de nabehandeling en controles plaats.”

Levensreddend

Dat de euregionale samenwerking van kinderchirurgen levensreddend kan zijn, beschrijft Prof. Van Gemert aan de hand van het voorbeeld van een pasgeboren baby in Aken met een aangeboren aandoening van het middenrif. “Het is van groot belang dat zo’n aandoening bij dit kind direct geopereerd wordt. In overleg met betrokkenen en de ziektekostenverzekeraar is het kindje overgeplaatst naar de Clinique CHC in Luik waar op dat moment de beste faciliteiten aanwezig waren. Hier werd het een dag later via een kijkoperatie geopereerd door de verwijzende chirurg uit Aken samen met de specialist in Luik. De operatie is zonder complicaties uitgevoerd en de patiënt is teruggeplaatst naar Aken voor verdere behandeling en controle.”

Talloze voordelen

“Behalve voor de patiënt en diens ouders biedt grensoverschrijdende samenwerking talloze voordelen voor de zorgprofessionals”, legt Prof. Van Gemert uit. “Zoals het bundelen van kennis en kunde, een grotere opname- en operatiecapaciteit en efficiënte inzet van mensen en middelen. Belangrijk zijn de betere mogelijkheden voor opleiding en training. Kinderchirurgen in opleiding werken op drie locaties dat niet alleen hun kinderchirurgische vaardigheden vergroot, maar bovendien een euregionaal bewustzijn tot stand brengt. Bovendien biedt de bundeling van krachten de kans om samen te werken aan vooruitstrevend onderzoek waarmee we de regio internationaal op de kaart zetten. Overigens beperkt de samenwerking zich niet tot de vier ziekenhuizen. Inmiddels zijn specialisten uit de hele grensregio betrokken, zoals uit Genk, Hasselt en Eupen, maar ook Zuyderland in Heerlen en het Prinses Maxima Medisch Centrum in Veldhoven. Wij zijn erg blij dat het universiteitsziekenhuis in Luik, het CHU de Liège, nu ook in deze samenwerking betrokken wordt. Op deze manier zijn de drie universiteitsziekenhuizen van onze Euregio verenigd wat betreft de chirurgische zorg van het kind. Zo is een netwerk ontstaan waarin we elkaar laagdrempelig ontmoeten voor kennis en advies.”

Van informele samenwerking…

De samenwerking tussen de medische teams is uitstekend en werpt vruchten af. “Maar het is nog altijd een informele samenwerking”, vertelt Prof. Van Gemert. “We worden geconfronteerd met tal van juridische en administratieve obstakels. Neem diploma-erkenning. Wil je als Nederlands kinderchirurg in Duitsland je vak uitoefenen, moet je eerst een ‘approbation-’ en taalexamen doen. Pas dan kun je je inschrijven als chirurg. Voor de specialisatie kinderchirurgie is zelfs nog een aanvullende stage en examen vereist. Dat is natuurlijk veel extra werk. Dan zijn er zaken als het delen van het patiëntgegevens, het voldoen aan de kwaliteitsstandaarden in de drie landen en de vergoedingen door zorgverzekeraars. Expertisecentrum ITEM van de rechtenfaculteit helpt ons oplossingen te zoeken voor deze obstakels.”

… naar één erkend instituut

“De afgelopen jaren hebben we overtuigend laten zien dat euregionale samenwerking in de kinderchirurgie werkt en absoluut een meerwaarde heeft. Het vertrouwen is er, niet alleen bij de medische teams, maar ook bij de directies van de deelnemende ziekenhuizen. De tijd is rijp om te versnellen en de samenwerking te formaliseren in één erkend internationaal instituut. Om dit doel te bereiken wordt een Interreg-financiering aangevraagd. Uiteindelijk hopen we met ons instituut te komen tot een blauwdruk van grensoverschrijdende samenwerking in de zorg waarmee ook andere netwerken hun voordeel kunnen doen.”

Meer info: https://kinderchirurgie.mumc.nl